Het PGB-Wlz brengt verplichtingen met zich mee en het zorgkantoor bekijkt of u daar aan kunt voldoen. Het is mogelijk dat het zorgkantoor besluit dat iemand alleen een PGB-Wlz krijgt als er iemand is die de budgethouder ondersteunt. Als iemand bent geïndiceerd voor een Zorgzwaartepakket (ZZP) VV 4 – 7 of VG 4 – 8, dan is het zelfs verplicht dat iemand de budgethouder ondersteunt.
Gewaarborgde hulp is hulp van iemand die de budgethouder inschakelt en van wie voldoende aannemelijk is gemaakt dat hij, de PGB-verplichtingen kan naleven.
Iemand mag geen gewaarborgde hulp verlenen als:
hij bij eerdere verstrekking van persoonsgebonden budgetten waarbij hij als hulppersoon of vertegenwoordiger optrad, niet heeft ingestaan voor nakoming van de daaraan verbonden verplichtingen;
hij niet beschikt over een geldig woonadres;
hem zijn vrijheid is ontnomen;
op hem de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen van toepassing is verklaard, of daartoe een verzoek bij de rechtbank is ingediend;
hij surséance van betaling heeft aangevraagd of failliet is verklaard;
hij anderszins onvoldoende waarborg zal bieden voor het nakomen van de voor de budgethouder aan het PGB verbonden verplichtingen.
Het kan zijn dat het zorgkantoor de budgethouder benadert in de toekomst voor een controle In dat geval moet de gewaarborgde hulp beschikbaar en/of aanwezig te zijn en wordt de inzet van de gewaarborgde hulp getoetst.
Sinds kort worden nieuwe budgethouders en bij sommige zorgkantoren (CZ, DWz en VGZ) alle budgethouders gevraagd om een formulier te ondertekenen waarin wordt aangegeven dat iemand verantwoordelijk is voor het voeren van de PGB administratie, afsluiten van contracten en inkopen van kwalitatief goede hulp. Dat wordt gewaarborgde hulp genoemd.
Er wordt op dit moment gewerkt aan een brief die dit voorjaar naar de Tweede Kamer wordt gestuurd met een PGB-agenda. Daarin staat ook informatie opgenomen over de gewaarborgde hulp. Er wordt gekozen voor een aparte verklaring voor gewaarborgde hulp omdat dit verder gaat dan bewindvoering. Immers; er zijn tegenwoordig veel professionele bewindvoeringsbureaus. Zij voelen zich alleen verantwoordelijk voor het voeren van de financiële administratie, maar zijn niet aan te spreken op het inkopen van kwalitatief goede zorg. Veel zorgkantoren lopen al vooruit op deze regelgeving en de verschillende zorgkantoren vullen de regels dan ook naar eigen inzicht in. Dat maakt de situatie extra complex.
Het is nooit toegestaan als een buitenstaander (professionele bewindvoerder via een bureau of anderszins is aangesteld) ook hulpverlener is. Het is ook nooit toegestaan dat een professionele hulpverlener tevens bewindvoerder / ondertekenaar van gewaarborgde zorg is. Emige uitzondering hierop is de William Schrikkerstichting.
Het is de bedoeling dat in het nieuwe voorstel dat dit voorjaarnaar de Tweede Kamer wordt gestuurd, familieleden de mogelijkheid krijgen om zowel de verklaring gewaarborgde hulp te ondertekenen als (wettelijk) vertegenwoordiger en tevens zorgverlener te zijn. Ouders van kinderen jonger dan 18 jaar, zijn ook wettelijk vertegenwoordiger en vaak ook zorgverlener. Dat kan ook, dus waarom dan niet als een kind 18 jaar geweest is.
Veel zorgkantoren wijzen nu een bewindvoerder af, maar als het om een familielid gaat, moet het wel kunnen. Er zijn ook zorgkantoren die een dergelijke situatie apart beoordelen. Straks moet er voor elke budgethouder met een indicatie in een verklaring t.a.v. gewaarborgde hulp zijn, ook al is er een bewindvoerder/ mentor. Het is de bedoeling dat eerste en tweede graads familieleden zowel gewaarborgde hulp/ wettelijk vertegenwoordiger als bewindvoerder/curator en hulpverlener kunnen zijn.