Per 1 januari 2015 is de Jeugdwet een feit. Een groot deel van de kinderen en jongeren met een beperking (van 0 tot 18 jaar) die nu zorg en begeleiding ontvangen op grond van de AWBZ, doet met ingang van 1 januari 2015 een beroep op de gemeenten. Gemeenten krijgen hiermee een belangrijke extra taak voor jeugdigen met een beperking en hun ouders.
Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor jeugdhulp. Vanuit verschillende domeinen gaat de verantwoordelijkheid over naar de gemeenten. Zowel de gehandicaptenzorg en de geestelijke gezondheidszorg voor jeugdigen tot 18 jaar, als de huidige provinciale jeugdzorg vallen straks onder de Jeugdwet. De Jeugdwet is er voor alle kinderen en jongeren die tijdelijk of langer durend
ondersteuning nodig hebben bij het opgroeien.
Alleen de meest kwetsbare jeugdigen met (zeer) ernstige verstandelijke of ernstige meervoudige beperkingen krijgt ontvangen zorg op grond van de Wlz.
Ook jeugdigen tot 18 jaar met een lichamelijke of zintuiglijke, psychische beperking of een somatische aandoening, dietot 1 jan. 2015 gebruik maakten van begeleiding, persoonlijke verzorging of kortdurend verblijf, gefinancierd vanuit de AWBZ, moeten een beroep doen op de Jeugdwet sinds 1 jan. 2015. Alle kinderen en jongeren die jeugdhulp ontvangen op grond van de Jeugdwet, hebben vanaf 1 januari 2015 recht op onafhaneklijke cliëntenondersteuning.